Osteopathie is een manuele geneeswijze die op zoek gaat naar de oorzaak van klachten. De osteopaat gebruikt daarbij alleen zijn handen. De osteopathie gaat ervan uit dat het menselijk lichaam een eenheid is.

De klachten die kunnen voortkomen uit bewegings- of functieverlies van bot, gewricht , spier of orgaan, vinden hun oorzaak voornamelijk in het verlies van goede doorbloeding en/of gestoorde zenuwgeleiding van de betreffende structuur. Behandeling van deze structuren maakt dat de doorbloeding/zenuwgeleiding zich herstelt en het zelfgenezend vermogen van het lichaam in werking kan worden gesteld.

 3 afhankelijke systemen

Binnen het osteopatisch concept wordt het lichaam onderverdeeld in drie van elkaar afhankelijke systemen:

1. Pariëtaal systeem: het bewegingsapparaat met de gewrichten, spieren en pezen;
2. Visceraal systeem: de organen en het bindweefsel (fascia) rond de organen;
3. Cranio-sacraal systeem: de schedel, wervelkolom, heiligbeen en hersenvliezen.

In deze 3 systemen onderzoekt de osteopaat de bewegingsvrijheid. Bij een behandeling richt de osteopaat zich op die delen, die een klacht in het lichaam veroorzaken. Het kan zijn dat de osteopaat op een andere plaats behandelt dan de plek waar de klacht zich bevindt.

Zo kan bijvoorbeeld een schouderklacht veroorzaakt worden door een verminderde beweeglijkheid van het bindweefsel van de lever. De beweeglijkheid van de lever zal dan hersteld gaan worden, waardoor de schouderklacht kan gaan genezen.

Of zo kan een baby, waarbij de schedelbasis te weinig ruimte heeft gehad in het geboortekanaal, klachten vertonen zoals bijvoorbeeld darmkrampjes, reflux of overstrekken. De oorzaak hiervan is een fixatie in de schedelnaden waardoor de tiende hersenzenuw geïrriteerd wordt en zo (onder andere) de spijsvertering van de baby verstoord raakt. Behandeling van de schedel met zeer zachte technieken zal de darmkrampjes doen verdwijnen.

Bij het eerste consult bij osteopaat Limburg wordt in een uitvoerig vraaggesprek duidelijk wat de klachten van de patiënt precies zijn en hoe ze zijn ontstaan. Ook wordt onder andere besproken of er nog andere klachten zijn, of er eerder doorgemaakte ziektes en/of operaties waren en wat het medicijngebruik is.

Daarna volgt een onderzoek. Hierbij onderzoekt de osteopaat met zijn handen de beweeglijkheid van de eerder genoemde 3 systemen en behandelt deze vaak ook meteen.