Na elke operatie, hoe klein de ingreep ook is geweest en als dit een normale operatie of een kijkoperatie is geweest, er blijft altijd een uitwendig én inwendig litteken achter. Deze littekens zorgen in de meeste gevallen niet voor  problemen als ze eenmaal genezen zijn.

Soms echter kan het zijn dat het litteken gaat verkleven. Dit kan kort na de operatie, maar kan ook jaren daarna nog gaan gebeuren. Door de verklevingen van het littekenweefsel gaan de organen als het ware aan elkaar “vastplakken”. Hierdoor zal de beweging van de betrokken organen worden beperkt; er ontstaat een bewegingsverlies.

Een bewegingsverlies van een orgaan gaat vaak gepaard met een verminderde functie en doorbloeding. Andersom komt ook voor, namelijk dat een verminderde functie van een orgaan (hoofd, hals, borst, buik of bekkenorgaan) gepaard gaat met een bewegingsverlies. Als de functie van een orgaan verminderd en zijn doorbloeding word belemmerd, raakt het orgaan in de problemen en zal er pijn ontstaan.

Veel voorkomende oorzaken zijn een verkeerd voedingspatroon, het nemen van medicatie (o.a. antibiotica), littekenweefsel na operatie, een disbalans tussen goede en slechte bacteriën in de darmen, zuurtegraad-verandering in de darmen, een voedingsallergie en -intolerantie. Ook bewegingsverliezen van nek, rug, bekken en de lidmaten kunnen invloed hebben op het functioneren en bewegen van de organen.

De osteopaat gaat de patiënt behandelen door met zijn handen de verklevingen op te rekken, zo worden de bewegingen van de organen gestimuleerd en zal de doorbloeding en bezenuwing van de betreffende organen worden genormaliseerd. Al na een paar behandelingen zullen de organen beter gaan functioneren en zullen de pijnprikkels verdwijnen. Ook een voedingscorrectie en meer lichaamsbeweging bieden veelal uitkomst.